Hokkenbezoek midden Nederland.
Zaterdag 25 juli ging het bestuur op pad om enkele fokkers te gaan bezoeken. Normaal is dit jaarlijkse hokkenbezoek in juni, maar door de Corona maatregelen zag het er lang naar uit dat we een jaartje moesten overslaan. Gelukkig wist ons lid Marinus van Pijkeren een mooie route voor ons te presenteren, hoewel…. De avond voor vertrek kwam het bericht van onze penningmeester a.i. René van der Meer dat zijn vrouw was getest op Corona maar er geen uitslag nog binnen was. We zouden bij hem beginnen, maar dat werd nu geschrapt en René bleef voor de zekerheid thuis. Het betekende ook dat we een uurtje later zouden starten en ’s morgens om kwart over negen meldde bestuurslid Benny Wittenbernds zich bij mij om samen naar Elburg te vertrekken.
Het was een bewolkte dag, de voorspellingen waren niet geweldig, maar om half elf kwamen we op het opgegeven adres tegelijk met Michel Sneekes en secretaris Harm Timmer aan. Huisnummer 7 moesten we zijn, maar er was een nummer 3 en een nummer 9 ergens op deze landweg en ertussen een groot hek voorzien van ketting en hangslot…. Ook Bertus Zomer meldde zich en even later voorzitter Evert Visser. Waren we wel op het juiste adres?? Na een telefoontje kwam Marinus ons ophalen want het bleek dat we bij huisnummer 12 moesten zijn.
Hier woont Gerrit van Wijhe op een rustige plek buiten het dorp in een vrijstaand huis met zo’n 1400 m2 tuin. We werden hartelijk ontvangen met koffie en streekkoek. Ook buurman Deetman kwam erbij. Gerrit had vroeger eerst Baardkuifhoenders gehad maar nu inmiddels 10 à 12 jaar buff Wyandotte krielen met inmiddels ook enkele zwarte. Dit jaar had hij ongeveer 40 kuikens. Aandachtspunten bij de buff Wyandottes zijn het krijgen (en houden) van een egale kleur en een mooie open staart (die vaak te gesloten en bolvormig is). Vorig jaar zagen we bij ons bezoek aan Marco van Dijk dat ook hij zijn aandacht hier op richtte met een aantal kruisingspogingen. Gerrit probeerde dit door een kruising van buff met wit (noot: in de literatuur wordt dit afgeraden) en ook een kruising tussen buff met zwart. Hij liet ons enkele foto’s zien van dieren uit de eerste generatie (F1) en later zagen we het resultaat van een jaar later (F2).
In de voortuin waren twee hokjes elk voorzien van een ren met gras. Hierboven, maar ook bij de zes hokjes in de achtertuin met grasren, waren netten gespannen om de roofvogels te kunnen weren. Naast kippen hield Gerrit hier ook nog een aantal sierduiven. Zijn dieren kregen meel van De Heus uit Barneveld. Speciaal voor ons bezoek had Gerrit een aantal dieren apart gezet. Allereerst enkele zwarte waarbij hem was opgevallen dat er opeens goud in de (schouder- en) vleugelveren was verschenen. Hij kon het niet verklaren want hij fokte alleen zwart x zwart. Soms zie je generaties later bij je dieren wel eens kleurafwijkingen tevoorschijn komen, die vaak te herleiden zijn naar een eerder inkruisen met een andere kleur. Vervolgens had hij enkele resultaten van de tweede generatie na inkruisen van zwart in zijn buff stam. Er was nog steeds enig zwart zichtbaar, de buff kleur onderling verschilde flink, hoewel nog jonge dieren zag de staartvorm er slordig uit.
De dieren van de tweede generatie na inkruisen met wit hadden een betere staartvorm, de kleur (vond ik) was nog niet helemaal duidelijk hoe die zich ontwikkelen zou maar zag er hoopvol uit. Zoals bij de meeste buff dieren zijn de grote sikkels niet altijd van dezelfde kleur, maar zouden deze ook aangeven of er voldoende pigmentreserve aanwezig was (lees hierover “Wyandottes voor liefhebbers en fokkers”, deel 3).
We namen afscheid en vertrokken richting Zalk (ongeveer een half uurtje rijden) waar we kwart over twaalf aankwamen met een miezer buitje en later af en toe wat meer regen. Hier woont Marinus van Pijkeren een beetje aan de rand van de bebouwing in een vrijstaand huis met 2500 m2grond. Marinus heeft grote en kriel Wyandottes in de kleuren wit en zwart, maar ook Toulouse ganzen (oude en twee keer uitgebroede jonge) en Ronquieres kalkoenen (oud en jong). De kalkoenen en de Wyandottes zaten in een vrijstaande schuur en een aantal bleven (etage hokken, drie boven elkaar) binnen terwijl de rest de beschikking had over meerdere uitlopen met gras. Hoewel er roofvogels waren had hij er niet echt last van (door de ganzen?). Hij had dit jaar totaal ongeveer 90 Wyandotte kuikens uitgebroed.
Al op jonge leeftijd, zo’n 60 jaar geleden, waren er al kippen en vanaf 1968 de Wyandottes (vooral witte). Ook andere rassen had hij in de loop der jaren gehad. Inmiddels begon het harder te regenen en namen we plaats onder het zonnescherm. De echtgenote van Marinus had gezorgd voor heerlijke soep, kroket en broodjes. Ze woonden inmiddels zo’n 30 jaar in dit huis, hadden tussentijds een stukje grond erbij kunnen kopen, maar nu kwamen er op de naastgelegen bouwkavels nieuwe buren. Het gesprek ging over onze ervaringen met nieuwe buren en de mogelijke problemen met betrekking tot gekraai van de hanen. Meestal is er met goed overleg wel uit te komen en een doosje eieren af en toe doet ook veel goed.
Het volgende adres was in Beemte Broekland, zo’n half uur rijden naar het zuiden. Daar woont Jan Testerink in de helft van een dubbel woonhuis (moeder woont in de andere helft) in het buitengebied met op zijn terrein de werkplaats van zijn vroegere aannemingsbedrijf. Het was inmiddels 14:15. Jan is inmiddels gestopt met werken en heeft naast zijn grote witte Wyandottes een passie voor het rijden met de paardenkoets. Al met al lag er rondom zo’n hectare grond en met alle schuren en stallen had hij volop de ruimte. Hij had dit jaar maar één keer gebroed (22 kuikens) in verband met de Corona (normaal 80 kuikens) want hij zag nog niet dat er veel terecht zou komen van het tentoonstellingsseizoen. Inmiddels waren grotere shows als Horst en Wenum Wiesel al afgelast. Zijn dieren hadden inmiddels de waterenting gehad en het was opvallend dat zijn hanen daarna erg vaak moesten hoesten. Dit was ook bij andere leden uit zijn vereniging en hij vroeg zich af wat de oorzaak kon zijn; niemand van ons kende dit verschijnsel. Hij had al zo’n veertig jaar kippen, eerst krielen later grote, en was met wit zwartcolumbia begonnen. In zijn omgeving waren o.a. dassen en buizerds en boven de rennen had hij netten gespannen. In een van de paardenstallen was een afdeling waar de hanen, ieder apart, waren gezet. Daarnaast was er een langwerpig kippenhok met meerdere afdelingen en in elk enkele dieren. Je kon er voorlangs lopen en elke afdeling was voorzien van een nachthok en een buitenren. Jan was elke dag druk in de weer met de samenstelling van het voer. De basis was van Havens, maar hij sneed en maalde er van alles doorheen zoals wortels, rode biet (loof en knol), kattenvoer, meelwormen, uien, knoflook, karnemelk (en misschien ben ik zelfs nog wat vergeten). Ook probeerde hij hiermee te voorkomen dat de tenen krom zouden groeien (noot: een verschijnsel dat vooral bij de grote Wyandottes wel eens voorkomt). De diversiteit binnen de grote witte Wyandottes is maar beperkt en onderling wordt er nog wel eens geruild, maar ze staan met hoge scores op onze tentoonstellingen dus de kwaliteit is er. In een andere afdeling van zijn bedrijf had Jan een aparte ruimte voor de opfok van de kuikens die hij daar kon verwarmen. Plannen lagen er nog genoeg (misschien een verbouwing tot bed and breakfast). In een overdekte ruimte werd nog even nagepraat onder het genot van koffie met cake waarbij het showseizoen nog eens werd doorgenomen. Het was inmiddels droog, bewolkt, en we hadden nog een adres te gaan in Putten wat weer drie kwartier rijden betekende. We kwamen aan bij de ouders van Rik Zoet om even na vier uur. Hier waren we in 2008 ook op hokkenbezoek geweest (de film hiervan is onlangs nog geplaatst op onze Facebook pagina). Rik heeft bij zijn huidige woning te weinig ruimte voor alle dieren en is dus gebruik blijven maken van zijn hokken. Zijn moeder springt bij met voeren en water geven en de rest is het werk van Rik. Naast kippen is er ook veel ruimte voor de pony’s (1,5 hectare grond). Hij had dit jaar ongeveer 175 kuikens gefokt in de kleuren rood, zilver zwartgezoomd, parelgrijs, blauw en wit zwartcolumbia, allemaal krielen. Vroeger had hij nog meerzomig zilverpatrijs Wyandotte krielen gehad. Ook hier moesten de dieren door gebruik van netten boven de rennen worden beschermd tegen de roofvogels. Rik had de beschikking over meerdere hokken met een ren (zand en eentje met onkruid waar nauwelijks van werd gegeten) en binnen nog een aantal hokjes voor de verschillende oude hanen. Naast en in de rennen stonden enkele grote bomen. Hij vond dat de blauwe Wyandotte krielen minder weken geschikt waren om naar een tentoonstelling te sturen dan bijvoorbeeld de zilver zwartgezoomde. Naast voer uit de regio had hij in een van de rennen een piksteen en hingen hier en daar Luzerne (Pavo Haychunks?). Eventjes brak de zon door en we sloten af op het terras met koffie en cake. Marinus ging weer huiswaarts.
René had een tafel om zes uur gereserveerd in Putten waar we in een rustige hoek van het restaurant konden vergaderen over onderwerpen als jaarvergadering, jongdierendag, promotieshow, voorjaarsuitgave Landleven (kippenspecial), locatie jubileumshow 2023, districtshows, koekoekpatrijs, halskraagtekening columbia en het clubblad. Al met al een gezellige en geslaagde dag waarbij nogmaals onze dank aan eenieder die hiertoe heeft bijgedragen. Benny en ik reden weer gezamenlijk richting Didam waar we om tien uur aankwamen.
Han Schellekens